'Ik heb last van een vast obstakel met mijn swing met een houten-5, mag ik dan na het droppen van club wisselen?'
In dit artikel:
Jisk, Ron, Charles en Alex stelden spelregelvragen over markeren, robotmaaiers, tees en clubkeuze; de antwoorden kwamen van Walter Haandrikman en Trudy Jonkman (Regel- en Handicapcommissie NGF).
- Marker op de green: Het is toegestaan een balmarker direct vóór de bal te plaatsen. De regel schrijft voor dat een marker direct achter of direct naast de bal moet liggen; “naast” wordt ruim geïnterpreteerd als elke plek rondom de bal, zolang de speler de bal precies kan terugplaatsen.
- Robotmaaier op de baan: Een buiten werking zijnde robotmaaier die niet verplaatst kan worden telt als vast (immovable) obstakel. Geeft die machine invloed op de ligging van de bal of op de ruimte voor je geplande stand of swing, dan mag je vrije verlichting nemen volgens de regels. Staat de maaier wel in je speellijn maar veroorzaakt geen belemmering, dan is ontwijken zonder straf niet toegestaan. (Algemene procedure: bepaal het dichtstbijzijnde punt zonder belemmering en drop binnen één clublengte, niet dichter bij de hole.)
- Flightpath-tees: Op grond van de uitrustingsregels bleken die tees in eerdere beoordeling niet toegestaan. Als de USGA of R&A formeel heeft vastgesteld dat zo’n tee wél voldoet, dan is die goedkeuring leidend; goedkeuring door de USGA geldt internationaal omdat USGA en R&A samenwerken bij uitrustingsbeoordelingen.
- Clubwissel na droppen: Als je recht hebt op vrije verlichting vanwege een vast obstakel mag je de voorgeschreven ontwijkprocedure volgen. Zodra de ontwijking is voltooid, mag je vrij kiezen van club — je mag dus terugleggen en vervolgens een andere club gebruiken.
Kort inzicht: reliefregels gelden alleen als er daadwerkelijk een belemmering is; procedures (dichtstbijzijnde punt zonder belemmering, dropprotecties) moeten gevolgd worden en internationale goedkeuringen van uitrusting gelden wereldwijd.